Belastingplannen 2025

Gepubliceerd op 27 september 2024 om 08:56

Het kabinet presenteert op Prinsjesdag plannen die van belang zijn voor je bedrijf en jezelf. Lees hieronder welke wijzigingen de regering volgend jaar wil doorvoeren. Het staat nog niet vast wanneer deze wetswijzigingen precies ingaan. Een wetswijziging of wetsvoorstel moet eerst goedgekeurd worden door de Tweede Kamer en de Eerste Kamer.

Box 1 Inkomen uit arbeid, uitkering, eigenwoningbezit

De eerste schijf van box 1 wordt opgeknipt in twee delen. Box 1 bestaat dan uit drie schijven in plaats van twee. In 2025 betaal je in de nieuwe eerste schijf over je inkomen tot 38.441 euro 35,82 procent belasting. Dat is ongeveer een procentpunt lager dan in 2024. In de nieuwe tweede schijf betaal je over je inkomen tussen 38.441 en 76.817 euro 37,48 procent belasting. Dat is ongeveer 0,5 procentpunt meer dan in 2024. Over je inkomen boven 76.817 euro betaal je volgend jaar 49,5 procent, net als in 2024.


Lagere inkomens hebben voordeel van de lagere eerste schijf. Hogere inkomens merken daar minder van door het hogere percentage in de nieuwe tweede schijf.


Box 1 heeft aftrekposten. Dat zijn kosten die je mag aftrekken van je inkomen, waardoor je minder inkomstenbelasting betaalt. Bijvoorbeeld hypotheekrenteaftrek van je eigen woning en aftrekbare giften. Maar ook de ondernemersaftrek, zoals de zelfstandigenaftrek, meewerkaftrek en de mkb-winstvrijstelling. Is je inkomen in 2025 hoger dan 38.441 euro? Dan krijg je in 2025 maximaal 35,82 procent over de aftrekposten terug, het tarief van de eerste schijf. Dat is iets lager dan in 2024.


Voor AOW-gerechtigden gelden andere tarieven.

Box 2 Inkomen uit aandelenbezit

Bezit je 5 procent of meer van de aandelen in een bedrijf, dan heb je een 'aanmerkelijk belang’. Je ontvangt dan mogelijk winstuitkering, oftewel dividend. Over winstuitkeringen tot 67.804 euro betaal je 24,5 procent belasting, net als in 2024. Over alles daarboven betaal je in 2025 31 procent belasting. Dat was in 2024 nog 33 procent.


Met deze aanpassing wil het kabinet ervoor zorgen dat er meer evenwicht is tussen de belastingtarieven voor aanmerkelijkbelanghouders, ondernemers met bijvoorbeeld een eenmanszaak en werknemers. Het zorgt ervoor dat ondernemers niet alleen door de belastingverschillen een rechtsvorm kiezen.


Fiscale partners kunnen de totale winstuitkering verdelen. Daardoor gebruiken ze twee keer het lage tarief. Dat betekent bijvoorbeeld dat je over een uitkering van in totaal 135.608 euro (2 x 67.804 euro) het lage tarief van 24,5 procent betaalt. Een fiscaal partner zonder inkomen kan geen gebruikmaken van de heffingskortingen. Door de winstuitkering te verdelen kan de partner ook de algemene heffingskorting gebruiken.

Box 3 Inkomen uit sparen en beleggen

Heb je spaargeld of beleggingen? Dan betaal je in 2025 over je vermogen tot 57.684 euro geen belasting. Heb je meer vermogen? Dan betaal je net als dit jaar 36 procent belasting over de opbrengst die de Belastingdienst verwacht dat jij zou kunnen halen in 2025. Dit noemen we een fictief rendement.


Schulden vallen ook in box 3. Heb je schulden? De Belastingdienst stelt ook daarvoor een fictief rendement vast. Dit rendement trek je af van het rendement op spaargeld en beleggingen. Een vast bedrag van je schulden kun je niet aftrekken. Dat is de schuldendrempel.


Deze fictieve rendementen op spaargeld en schulden worden na afloop van het kalenderjaar 2025 vastgesteld. Het rendement op beleggingen stelt de belastingdienst vast begin 2025.

Ondernemersaftrek

De mkb-winstvrijstelling daalt van 13,31 procent naar 12,7 procent in 2025. De afbouw van de zelfstandigenaftrek was al eerder aangekondigd. In 2025 is de zelfstandigenaftrek nog 2.470 euro en dat daalt de komende jaren verder. Door deze verlagingen is je belastbare bedrag hoger en betaal je meer belasting.

Afschaffing giftenaftrek voor bv

De zakelijke giftenaftrek verdwijnt per 1 januari 2025 voor besloten vennootschappen (bv's). Dat betekent dat je giften aan Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI’s) en Sociaal Belang Behartigende Instellingen (SBBI’s) niet langer van de winst kunt aftrekken.

Vennootschapsbelasting blijft gelijk

De tarieven in de vennootschapsbelasting blijven in 2025 ongewijzigd. Ook de schijfgrens blijft hetzelfde. De schijfgrens en het tarief van de vennootschapsbelasting zijn in 2024 verdeeld in twee schijven. In de eerste schijf betaal je tot een winst van 200.000 euro het tarief van 19 procent vennootschapsbelasting. Dus over een winst tot 200.000 betaal je tot 38.000 euro belasting.

Is de winst van je bv meer dan 200.000? Dan valt het bedrag daarboven in de tweede schijf. Voor deze tweede schijf geldt een tarief van 25,8 procent.

Terugdraaien verhoging box 2

De regering wil het tarief in de tweede schijf van box 2 verlagen van 33 naar 31 procent. Daarmee wil de regering een eerdere verhoging terugdraaien. Als DGA heb je te maken met die belastingheffing. Over bijvoorbeeld een dividenduitkering of verkoopwinst op aandelen ben je in box 2 belasting verschuldigd.


Het kabinet wil dat je in 2025 weer 31 procent inkomstenbelasting betaalt als het ‘inkomen uit aanmerkelijk belang’ hoger is dan 67.804 euro. Dat bedrag is de grens tussen de eerste en tweede schijf. Het tarief in de eerste schijf van box 2 blijft 24,5 procent.


Als in 2025 het tarief in box 2 omlaag gaat, kan het aantrekkelijker zijn voor ondernemers om te wachten met het uitkeren van dividend.

Links

Bron: Rijksoverheid