De vennootschapsbelasting wordt berekend over het belastbare bedrag in een boekjaar. Het belastbare bedrag is de winst min de verrekenbare verliezen.
Bij het vaststellen van de winst en het belastbare bedrag zijn veel regelingen van toepassing die ook gelden voor ondernemers in de inkomstenbelasting. Voorbeeld is.
1. de investeringsaftrek
Ook bij de afschrijving op bedrijfsmiddelen gelden in grote lijnen dezelfde regels als in de inkomstenbelasting. Een uitzondering is de afschrijving op bedrijfsgebouwen.
Sommige fiscale regelingen zijn specifiek voor de ondernemer in de inkomstenbelasting, zoals de zelfstandigenaftrek. Deze regeling geldt niet binnen de vennootschapsbelasting.
Boekjaar
De vennootschapsbelasting is een belasting over de winst in een boekjaar. Vaak is dat boekjaar gelijk aan het kalenderjaar. Maar een gebroken boekjaar (bijvoorbeeld van mei t/m april) is ook toegestaan. Het boekjaar voor de aangifte vennootschapsbelasting moet gelijk zijn aan het boekjaar in de statuten van de vennootschap.
Een boekjaar is in het algemeen een periode van 12 maanden. Het eerste boekjaar van een net opgerichte vennootschap kan langer of korter zijn. Ook het laatste boekjaar (bij liquidatie van de vennootschap) kan een afwijkende periode beslaan. En als een vennootschap besluit het statutaire boekjaar te wijzigen, kan het 'tussenjaar' ook langer of korter zijn.
Het is niet toegestaan om een boekjaar te wijzigen met alleen het doel om incidenteel fiscaal voordeel te behalen.
Winstberekening
De fiscale winst bereken je door fiscale regels toe te passen op jouw commerciële winst-en-verliesrekening en balans. Bijvoorbeeld bij de waardering van balansposten en de toerekening van kosten aan een boekjaar. De fiscale waardering kan afwijken van de waardering in jouw commerciële jaarstukken.
Bron: Belastingdienst